Als we ons voorstellen dat het leven een zandloper is die we weer op z’n kop kunnen zetten, dan zouden we ons leven nogmaals helemaal kunnen doorleven. Een soort eeuwige wederkeer zo stel ik me in gedachte voor. Er zouden veel momenten en ervaringen terugkomen om snel door te spoelen, maar een ding zou ik helemaal opnieuw willen ervaren: mijn jeugd. We hadden een tuin. Als ik die tuin uitliep strekte zich grasland voor me uit met koeien. Soms liepen er een paar paarden te grazen. Aanpalend een bos met tussen bos en weiland een sloot en daarachter, hei, en vennen. Een el Dorado voor een kind dat vrij was na schooltijd om hutten te bouwen, boompje te klimmen, over sloten te springen, over wankel ijs te rennen om er niet doorheen te zakken, mijn eerste slagen met krabbertjes. Voetbalveldjes van klooster Eikenburg waar we op mochten voetballen.En als we naar bed moesten dan hoorden we de vogels met hun aanstekelijke liederen voor het slapen gaan op de achtergrond bij de ondergaande zon, het hoge gegil van een pauw uit het dierenpark Animalie. Dan wisten we dat we de ogen konden sluiten en dat alles goed was.
Vergelijk dat eens met de Amsterdamse jeugd van nu. Hebben ze eindelijk een Johan Cruyff court waar ze een beetje kunnen voetballen, komen er vanuit elke hoek zuidas-krijtpakmannen op hen afgeslopen om te gaan procederen omdat ze teveel lawaai maken, aangeklaagd door de buren gestoord in hun favoriete programma Heel Holland bakt op de tv.En die koekenbakkers eisen ook meer ruimte om hun comfortabele tanks te parkeren omdat de toegewezen plaatsen eigenlijk te nauw zijn voor deze monsters.
De vraag is nu toch uiterst actueel geworden: “Waarom doen we dit onze kinderen aan?” Je gunt ze toch allemaal een jeugd waar ze zich ook lichamelijk kunnen uitleven. En niet alleen beleven , maar ook het negatieve effect op hun gezondheid besparen door al die beperkingen(ik laat hier het schermgebruik van kinderen nog even buiten beschouwing.)
Het zal met die jeugd van me te maken hebben dat ik me momenteel ook vreselijk kwaad kan maken op de leden van onze Kakistocratie(*) als het weer over het mooie landgoed Amelisweerd gaat in de politiek, dat in een eerder stadium al voor een groot deel is toegetakeld.De uitbreiding van de A27. Beslist noodzakelijk hoewel er een nieuwe regel is geaccepteerd dat meer asfalt gewoon meer verkeer aantrekt. De verkeersveiligheid is onvoldoende gegarandeerd, is nu het grote argument om het zeer gedegen, meer behoudende plan van de gemeente, opgesteld met allerlei deskundigen, om die veiligheid ook te waarborgen maar: met behoud van de reeds bestaande banen en bomen. Alleen, je kunt alleen in dat behoudende plan niet harder dan 80km/uur rijden. In de prullenbak ermee besluiten de verantwoordelijke ministers. In hun plan: betonnen bak uitbreiden, bomen omhakken en 130 kunnen rijden.
Zitten deze bewindslieden soms met hun rug afgekeerd van een opkomende catastrofe? Een achteruithollende natuur? Het lijkt wel of ze ademloos zitten te luisteren naar de melancholische klanken van het Mexicaanse liedje coucouroucoucou Paloma maar de duiven niet willen zien die totaal in paniek uit het ten dode opgeschreven bos opfladderen als dolende zielen van de door kermende motormachines neergemaaide woudreuzen? Doof voor de aarde die trillend protesteert na de val soms meer dan 7 ton hout.
Om maar 130 te kunnen rijden.
In mijn studenten tijd ging ik vaak op dat landgoed een Bosbad nemen om het maar eens modern te zeggen. Juist daar heb ik mijn liefde voor bomen kunnen uitbreiden met uitvoerige bezichtigingen en betasting van eikenreuzen, beuken, esdoorns, platanen en sequoia’s. Genieten van hun kronen. Hun getekende massieve basten. De ritselende wind door hun bladeren en de kleurenpracht in de herfst. In Japan zijn deze bosbaden (Shirin Yaku) een erkende vorm van therapie en voor mij hebben ze een belangrijke bijdrage geleverd aan mij studie. Anders gezegd: ik kon me door die bosbaden goed concentreren op mijn studie.
En waarom moet het plan om het bos te behouden en de bak niet te verbreden vertrapt worden door mensen die misschien pas voor het eerst boslucht hebben geroken als spray op hun toilet en dat nu als ervaringsdeskundigheid in het geding brengen in de nieuwe kakistocratie?
Nooit gehoord of niet hebben willen horen van de nieuwe inzichten om omgeving ook te waarderen met Nature score. (**)Dit behelst een puntenaantal dat toegekend wordt aan een omgeving voor de mate van biodiversiteit en toegang tot een groene infrastructuur. Een uitdrukkelijke erkenning van de invloed van de natuur op onze gezondheid. Misschien dat deze technologische uitbreiding de waardevolle aanvulling is op het neoliberale gemurmel dat we natuurlijk zelf verantwoordelijk zijn voor onze keuzes in het leven, ook over onze gezondheid. Dan valt er echt wat te kiezen en misschien wel voor minder lucht en watervervuiling in een buurt omdat het een factor wordt naast vierkante meters en locatie en de mogelijkheid om zo snel mogelijk van A naar B te razen.
De kwaliteit van de omgeving weegt dan uitdrukkelijk mee.
Juist: misschien komt er dan meer groen en speelmogelijkheden in de binnenstad. Erkennen van het recht van kinderen op een gezonde, leefbare maar vooral ook speelse omgeving.
En kunnen we blijven bosbaden in het prachtige eeuwenoude Amelisweerd.
Onze nakomelingen moeten ook iets hebben om zich te verheugen als zij zo ver zijn om hun zandloper om te keren.
(*)Zie Rattenvanger in de vorige bijdrage
(**)Nadine Galle “De natuur van onze steden.” Lanoo